Trefwoorden:gezamenlijk decreet, gezamenlijk decreet en ordonnantie, gezamenlijke ordonnantie
Annot. Art. 92bis/1
Art. 92bis/1.
§ 1. Onverminderd artikel 92bis en met inachtneming van de bevoegdheden die zijn toegewezen aan respectievelijk hun Parlement en hun Regering, kunnen de gemeenschappen en de gewesten gezamenlijke decreten en besluiten ter uitvoering van gezamenlijke decreten aannemen die onder meer betrekking hebben op de gezamenlijke oprichting en het gezamenlijk beheer van gemeenschappelijke diensten en instellingen, op het gezamenlijk uitoefenen van eigen bevoegdheden, of op de gemeenschappelijke ontwikkeling van initiatieven.
De overeenkomstig het eerste lid aangenomen decreten hebben als opschrift "gezamenlijk decreet van" gevolgd door de benaming van alle entiteiten die deze decreten goedkeuren.
§2. Het recht van initiatief voor de gezamenlijke decreten behoort aan de regeringen en aan de leden van de betrokken Parlementen.
Voorafgaand aan de aanneming door de Parlementen van de gemeenschappen en de gewesten waarbij deze voorstellen of ontwerpen van gezamenlijk decreet worden ingediend, worden ze aangenomen door een interparlementaire commissie, samengesteld uit een gelijk aantal vertegenwoordigers van elk van de betrokken Parlementen, waarbij elke delegatie is samengesteld met inachtneming van de proportionele vertegenwoordiging van de fracties in het Parlement dat de delegatie vertegenwoordigt. Elke delegatie telt minimum negen leden. De zittingen van de interparlementaire commissie zijn openbaar.
Een voorstel of ontwerp van gezamenlijk decreet wordt door de interparlementaire commissie behandeld wanneer de betrokken Parlementen het voor zichzelf in overweging hebben genomen.
Het opschrift van het gezamenlijk decreet bevat in elk geval de woorden "gezamenlijk decreet".
Het ontwerp of het voorstel wordt door de commissie slechts aangenomen indien de meerderheid van de leden aanwezig is en het wordt aangenomen door een volstrekte meerderheid van de leden van elke delegatie.
Indien één van de betrokken Parlementen het ontwerp of het voorstel wijzigt, wordt het teruggezonden naar de interparlementaire commissie.
De gezamenlijke decreten worden bekrachtigd en afgekondigd door de betrokken Regeringen na te hebben vastgesteld dat een identieke tekst is aangenomen door alle respectievelijke Parlementen.
§ 3. Onverminderd de mogelijkheid waarover de regeringen beschikken om de gezamenlijke decreten afzonderlijk elk voor zich uit te voeren, kan een gezamenlijk decreet erin voorzien dat de uitvoering ervan geheel of gedeeltelijk wordt verzekerd door gezamenlijke uitvoeringsbesluiten.
Deze gezamenlijke uitvoeringsbesluiten worden aangenomen door elk van de betrokken Regeringen, nadat ze overeenstemming hebben bereikt over hun inhoud. Ze hebben als opschrift "gezamenlijk uitvoeringsbesluit" gevolgd door de naam van de betrokken Regeringen en het opschrift van de decreten die ze uitvoeren.
§ 4. Een gezamenlijk decreet kan de geldende wettelijke of decretale bepalingen opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen. Het kan slechts worden gewijzigd, aangevuld of vervangen bij een gezamenlijk decreet dat door dezelfde Parlementen wordt aangenomen.
Het kan enkel worden opgeheven door een gezamenlijk decreet dat door dezelfde Parlementen wordt aangenomen of door een decreet dat wordt aangenomen door één van de betrokken Parlementen na overleg. Dat overleg vindt plaats binnen de in paragraaf 2, tweede lid, bedoelde interparlementaire commissie.
Een gezamenlijk decreet kan de bepalingen van een samenwerkingsakkoord dat afgesloten werd tussen gemeenschappen en gewesten opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen voor zover het gezamenlijk decreet wordt aangenomen door alle gemeenschappen en gewesten die partij zijn bij het samenwerkingsakkoord. Een samenwerkingsakkoord dat gesloten wordt door gemeenschappen en gewesten, kan de bepalingen van een gezamenlijk decreet opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen wanneer dit gezamenlijk decreet werd aangenomen door dezelfde gemeenschappen en gewesten.
In de gevallen waarin volgens deze wet een samenwerkingsakkoord gesloten dient te worden tussen gemeenschappen en gewesten, kan deze samenwerking ook gebeuren door middel van een gezamenlijk decreet.
§ 5. De gezamenlijke uitvoeringsbesluiten bedoeld in paragraaf 3 kunnen de geldende regelgevende bepalingen opheffen, aanvullen, wijzigen of vervangen. Ze kunnen enkel door gezamenlijke uitvoeringsbesluiten worden opgeheven, aangevuld, gewijzigd of vervangen.