Trefwoorden:gemeenschaps- en gewestparlementen, motie van wantrouwen, gemeenschaps- en gewestregeringen, motie van wantrouwen
Annot. Art. 71
Art. 71.
Het Parlement kan te allen tijde een motie van wantrouwen tegen de Regering of één of meer van haar leden aannemen.
Deze motie is alleen dan ontvankelijk wanneer zij een opvolger voorstelt, naar gelang van het geval, voor de Regering, voor een lid of voor meer leden.
Over de motie van wantrouwen kan slechts gestemd worden na verloop van achtenveertig uur. Zij kan slecht aangenomen worden bij de meerderheid van de leden van het Parlement.
De aanneming van de motie heeft het ontslag van de Regering of van het betwiste lid of de betwiste leden tot gevolg, benevens de aanstelling van de nieuwe Regering, het nieuwe lid of de nieuwe leden.