Annot. Art. 33. (WAALS GEWEST) | Art. 33. WAALS GEWEST |
| § 1. Bij de opening van elke zitting wordt het voorzitterschap tot de benoeming van de nieuwe voorzitter waargenomen door de uittredende voorzitter van het Parlement of, bij ontstentenis, door een uittredende vice-voorzitter, in orde van voorrang of, bij ontstentenis, door het lid van het Parlement met de hoogste anciënniteit in de hoedanigheid van lid. De voorzitter wordt bijgestaan door het jongste vrouwelijk lid en door het jongste mannelijk lid. |
| Het Parlement verkiest uit zijn leden zijn voorzitter, zijn ondervoorzitters en zijn secretarissen. Zij vormen het bureau van het Parlement. |
| § 2. Bij de verkiezing van de leden van het bureau wordt, wanneer bij de eerste stemming de volstrekte meerderheid niet is bereikt, overgegaan tot een tweede stemming om de twee kandidaten die het grootste aantal stemmen hebben verkregen, te rangschikken, na eventuele verzaking. In voorkomend geval wordt de deelneming aan de tweede stemming bepaald met inachtneming van de in het tweede lid bepaalde regelen. |
| Bij staking van stemmen wordt de voorkeur verleend aan de kandidaat die ononderbroken het langst een parlementair mandaat vervult. Bij gelijke anciënniteit wordt de voorkeur gegeven aan de jongste kandidaat. |