Annot. Art. 28bis | Art. 28bis. |
| § 1. De voordracht van kandidaten moet ondertekend worden door hetzij een minimum aantal kiezers, hetzij een minimum aantal aftredende leden van het betrokken Parlement. |
| Het Vlaams Parlement en het Waals Parlement bepalen, ieder voor zich, bij decreet de aantallen bedoeld in het eerste lid. |
| § 2. Een kandidaat mag niet voorkomen op meer dan één lijst voor een zelfde verkiezing. |
| Niemand mag tegelijk in meer dan een kieskring voorgedragen worden. |
| Niemand mag, binnen dezelfde lijst, tegelijk als kandidaat-titularis en als kandidaat-opvolger worden voorgedragen. |
| Niemand mag zich kandidaat stellen voor de verkiezingen voor het Vlaams Parlement of het Waals Parlement, als hij tegelijk kandidaat is voor de verkiezingen voor de Kamer van volksvertegenwoordigers of het Europese Parlement, wanneer deze verkiezingen op dezelfde dag plaatsvinden. |
| Niemand mag zich kandidaat stellen voor de verkiezingen voor het Vlaams Parlement, als hij tegelijk kandidaat is voor de verkiezingen voor het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement, wanneer deze verkiezingen op dezelfde dag plaatsvinden. |
| De bewilligende kandidaat die de een of andere verbodsbepaling van de vorige vijf leden overtreedt, is strafbaar met de straffen bepaald in artikel 202 van het Kieswetboek. Zijn naam wordt geschrapt van alle lijsten waarop hij voorkomt. |
| § 3. De kiezers die kandidaten voordragen, moeten zijn ingeschreven in het bevolkingsregister van een gemeente die deel uitmaakt van het grondgebied van de betrokken kieskring ten minste de negentigste dag die aan de vastgestelde datum van de verkiezing voorafgaat. |