Art. 58novies Toegevoegd aan de afdruklijst
uit: Wet van 31 december 1983 tot hervorming der instellingen voor de Duitstalige Gemeenschap
Huidige taal
Art. 58novies.
Er wordt een basisbedrag bepaald dat gelijk is aan 50 % van de som van het met toepassing van artikel 58septies, § 7, voor het begrotingsjaar 2015 verkregen bedrag en het met toepassing van artikel 58octies voor het begrotingsjaar 2015 verkregen bedrag.
Voor het begrotingsjaar 2015 is het toegewezen bedrag gelijk aan de som van de bedragen vermeld in het 1° en 2° en verminderd met het bedrag vermeld in het 3° :
1° het met toepassing van het eerste lid verkregen basisbedrag;
2° een bedrag van 303.702 euro;
3° een bedrag van 2.160.000 euro.
Voor het begrotingsjaar 2016 wordt het met toepassing van het tweede lid verkregen bedrag voor het begrotingsjaar 2015 eerst aangepast aan de procentuele verandering van het gemiddelde indexcijfer van de consumptieprijzen van het betrokken begrotingsjaar en aan 91 % van de reële groei van het bruto binnenlands product van het betrokken begrotingsjaar op dezelfde wijze als bepaald in artikel 33, § 2, van de financieringswet en vervolgens verminderd met 2.160.000 euro.
Het voor het vorige begrotingsjaar verkregen bedrag wordt vanaf het begrotingsjaar 2017 jaarlijks aangepast aan de procentuele verandering van het gemiddelde indexcijfer van de consumptieprijzen van het betrokken begrotingsjaar en aan 91 % van de reële groei van het bruto binnenlands product van het betrokken begrotingsjaar op dezelfde wijze als bepaald in artikel 33, § 2, van de financieringswet.
De middelen bedoeld in het tweede tot het vierde lid worden gevormd door een gedeelte van de opbrengst van de in artikel 7 van de financieringswet bedoelde federale personenbelasting.